Klimaatactivisten herkennen het maar al te goed: het verwijt dat ze doemdenken omdat ze een wetenschappelijk vaststaand risico willen afwenden, nu het nog kan. Wat moeten de auteurs van de Doomsday Clock dan wel denken?
De Doomsday Clock werd in 1947 bedacht om de dreiging te visualiseren van een wereldwijde nucleaire catastrofe. Op de cover van The Bulletin of Atomic Scientists werd de klok toen op 7 minuten voor 12 gezet. Sindsdien stelt een ‘science and security board’ de tijd af en toe bij volgens zijn inschatting van het wisselende risico op de vernietiging van onze wereld door menselijke technologie. De klok is een metafoor om ons bij de les te houden voor de gevaren die we moeten aanpakken willen we overleven op deze planeet. Dat is ondertussen niet meer alleen het nucleaire risico, al blijft dat een van de twee grote existentiële gevaren. Het andere is, hoe raadt u het, de klimaatontwrichting.
De klok werd ondertussen al 26 keer bijgesteld. De dreiging werd het laagst ingeschat in 1991 (23:43:00), en het hoogst vanaf 2018 (23:58:00). Tot nu, want vorige week werd de tijd voor 2020 bekendgemaakt (23:58:20). 100 seconden voor 24 uur. Of uur nul, kiest u maar. De argumentatie om er nog eens twintig seconden af te pitsen is het fenomeen fake news. Informatie-vervalsing verergert namelijk de situatie en in veel landen weigert de overheid het probleem te zien, als ze het al niet promoot.
In de verantwoording van The Bulletin van 23 januari 2020 lezen we dat het nucleaire risico en klimaatverandering dé twee existentiële gevaren van onze tijd zijn. Ze worden het “new abnormal” genoemd. De cyberdreiging verergert dat: de weerbaarheid van de maatschappij wordt ondergraven en de internationale politieke infrastructuur erodeert. De situatie zou al ernstig genoeg zijn, schrijven de auteurs, mochten wereldleiders het gevaar en het risico op een catastrofe serieus nemen, maar sommige leiders werken het zelfs in de hand. De voortdurende aantasting van de informatie-ecosfeer waarop democratie en openbare besluitvorming steunen verhoogt het nucleair- en klimaatrisico.
Natuurlijk worden we niet veel wijzer van die ene wijzer die zich de voorbije zeventig jaar amper één keer buiten dat kwartiertje van de afgrond heeft gewaagd. Dat bereik is nogal arbitrair en zegt niet veel over het statistische risico. Dan zijn de rapporten van het IPCC statistisch beter gekwantificeerd – hoewel helaas blijkt dat de getallen soms aan de optimistische kant werden afgerond.
De Doomsday Clock houdt ook een ander risico in. Dát we al zeventig jaar met die dreiging(en) hebben kunnen leven, mag dan wel geen geruststelling zijn, het blijft toch verleidelijk de dreiging als een “natuurlijk” risico te bekijken, iets onvermijdelijks, waar we maar mee moeten leren leven.
Laten we toch maar uitkijken voor de volgende 100 seconden.
Reactie toevoegen