kaft

Naar een nieuwe planetaire diplomatie

‘De wereld en de aarde. Hoe houden we het veilig?’ Het pas gepubliceerde essay van de onlangs aangestelde ‘Denker der Nederlanden’ David Van Reybrouck leest niet alleen als een programmaverklaring, maar is ook een literair pareltje. Van Reybrouck is dan ook niet aan zijn proefstuk toe: de bestsellers ‘Congo’ en ‘Revolusi’ en zijn essays over participatieve democratie kenden de voorbije jaren veel bijval. 

De intro van ‘De wereld en de aarde’ wil vooral het onderscheid tussen de fysieke aardbol en de geopolitieke indeling ervan in staten op scherp stellen. Voor de auteur zijn die begrippen niet langer inwisselbaar, wat gaandeweg duidelijk wordt doorheen zijn betoog. Al krijg de lezer daar bij het begin van het boek(je) al een verrassend voorproefje van met het verhaal over het Fazanteneiland.

Het eerste deel van het essay bestaat uit beschouwingen rond het ontstaan van de westerse diplomatie gedurende de voorbije vier eeuwen, van binationale onderhandelingen tot multilaterale onderhandelingen. Telkens ging het erom, schrijft Van Reybrouck, militair conflict tussen staten te vermijden en het staatsbelang, de ‘raison d’état’, veilig te stellen.  Vandaag echter schiet de internationale diplomatie binnen en buiten de Verenigde Naties schromelijk tekort om de planetaire uitdagingen, zoals de klimaatcrisis en de biodiversiteitscrisis, daadwerkelijk aan te pakken. De huidige internationale diplomatie gaat immers nog steeds uit van staatsbelangen, terwijl het vandaag niet langer gaat om louter militaire en economische machtsverhoudingen tussen naties, maar om planetaire bedreigingen. Volgens de auteur zijn die zelfs groter dan het risico op een nucleaire holocaust. Ontwrichtingen van het klimaatsysteem en van ecosystemen vereisen immers een heel andere aanpak dan multilaterale onderhandelingen. Een treffende illustratie daarvan zijn de VN-klimaattoppen die na dertig jaar nog niet eens tot een wereldwijde daling van de uitstoot van broeikasgassen hebben geleid. Pas op COP 28 kwam er een voorzichtige verklaring over de uitfasering van fossiele brandstoffen tegen 2050. Op die klimaattop in Dubai, waren er bijna 2.500 lobbyisten uit de fossiele sector aanwezig, vier maal meer dan in de voorafgaande top. 

Het tweede deel van dit essay is bijgevolg een pleidooi voor een ‘raison de terre’, een ‘aardpolitiek’ die de veiligheid van alle volkeren nastreeft en de wereldeconomie herijkt aan de negen kritieke planetaire grenzen, waarvan er al minstens zes overschreden zijn. De huidige multilaterale instellingen zijn niet langer in staat om hieraan te verhelpen. De problemen van de aarde kunnen slechts aangepakt worden via een mondiaal beleid, een soort wereldregering die de nationale belangen overstijgt en planetaire diplomatie hanteert.

Momenteel kan de wereldbevolking zich nog niet rechtstreeks uitspreken over de aanpak van die mondiale uitdagingen, maar Van Reybrouck is hoopvol. Zo verwijst hij naar de allereerste Global Assembly, een bottom-up initiatief dat in oktober 2021 van start ging met een behoorlijk representatieve dwarsdoorsnede van de wereldbevolking. Tijdens de digitale samenkomsten werden er ruim veertig talen gesproken en meer dan de helft van de deelnemers was jonger dan 35 jaar. Niet alleen naties, maar ook inheemse gemeenschappen en vluchtelingen waren er vertegenwoordigd. 

Hun overleg leidde tot een People’s Declaration for the Sustainable Future of Planet Earth. Daarin wordt onder meer gepleit voor een eerlijke verdeling van verantwoordelijkheden op basis van historische klimaatuitstoot, bescherming van de natuur tegen ecocide, grondig klimaatonderwijs en rechtvaardige energietransitie. Dit initiatief voor mondiale inspraak krijgt nu een vervolg in een Global Climate Assembly, die van de komende klimaattop in het Braziliaanse Bélem een echte ‘People’s COP’ moet maken. We hopen met de auteur dat deze eerste poging tot integratie van een wereldburgerraad in een klimaattop mag slagen. De recente toetreding van Brazilië tot de OPEC belooft helaas weinig goeds…

In een slotbeschouwing verwijst de auteur ook naar niet-westerse vormen van diplomatie, die de toekomstige planetaire diplomatie kunnen inspireren. Zo wordt de huidige verenging van het denken over veiligheid tot (her)bewapening verruimd tot maatregelen voor een planetaire veiligheid. Kortom, dit essay doet deze ‘denker’ alle eer aan. De in 1975 overleden politiek filosofe Hannah Arendt zou zijn gedachten wellicht graag gelezen hebben. 

Chris Dutry   4 april 2025

De wereld en de aarde. Hoe houden we het veilig?, David Van Reybrouck, De Bezige Bij, 2025, 80 pp.

Eén antwoord

Reactie toevoegen

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met * .