IMG_5737

En nu volle gas vooruit !

Wordt 2021 het jaar van de omslag voor De Lijn? Stefan Stynen zet enkele taken op de to-dolijst van Ann Schoubs, de nieuwe directeur-generaal.

Ann Schoubs is op 1 januari begonnen als nieuwe directeur-generaal van De Lijn, een grote en maatschappelijk belangrijke uitdaging. In een internationale ‘benchmark’ scoorde De Lijn ‘gematigd negatief’ (DS 12 december). Voor de Vlaamse regering volstaat dat om De Lijn ook de komende 10 jaar als operator voor het kernnet en het aanvullende net aan te stellen. Gelukkig, want Vlaanderen heeft nog steeds geen coherente mobiliteitsvisie.

In eigen huis wacht de nieuwe directeur-generaal een flinke klus. Dat de vakbonden bij De Lijn voor het derde jaar op rij in december staakten en de reizigers tijdens de eindejaarsperiode in de kou zetten, is antireclame. Onder de kerstboom ligt ook nog een vergeten pakje: Retibo, de innovatieve boordcomputer die al 150 miljoen euro belastinggeld gekost heeft en na tien jaar nog steeds niet klaar is.

Als klein land het warm water willen uitvinden, is zelden een goed idee. We raden De Lijn aan om te kiezen voor beproefde oplossingen, ook op het gebied van reizigersinformatie. Zowel aan de halte als in de tram of bus weten we graag waar we aan toe zijn. Een ritje met de Brusselse MIVB volstaat om te zien wat mogelijk is.

Kleine taart

We weten dat De Lijn het niet zo breed heeft. Sinds 2010 maakt de Vlaamse regering het de openbaarvervoermaatschappij allerminst makkelijk. Het exploitatiebudget van 2020 is in absolute cijfers nauwelijks hoger dan dat van 2009, hoewel de kosten sindsdien serieus toegenomen zijn. Zelfs volgens de voorzitter van De Lijn, Marc Descheemaecker (N-VA), zit de organisatie door de aanhoudende besparingen op haar tandvlees. Dat is mee het werk van zijn partijgenoot Ben Weyts. Als toenmalig minister van Mobiliteit heeft hij de krappe enveloppe voor de basisbereikbaarheid op de tafel van De Lijn en de steden en gemeenten gelegd. Die taart is te klein en bovendien zijn sommige stukken taart groter dan andere. Waarom kunnen vervoersregio’s als Antwerpen of Oostende jaarlijks per inwoner drie keer zoveel aan openbaar vervoer besteden als de regio Kortrijk? Voor alle duidelijkheid: Antwerpen en Oostende krijgen niet te veel, de rest krijgt ontstellend weinig.

Hopelijk kan De Lijn onder Schoubs meer dan een extra zakcentje krijgen van Vlaams minister van Mobi­liteit Lydia Peeters (Open VLD), verpakt in een robuuste en toekomstgerichte mobiliteitsvisie, die de hefboom voor een echte modal shift wordt. Integrato wijst daarvoor de weg. Dat is een hiërarchisch en geïntegreerd systeem van openbaar vervoer, dat een groep burgerexperts voor ons land op poten gezet heeft. Het stoelt op dezelfde principes die onder meer Zwitserland, Duitsland en Oostenrijk al langer met succes toepassen. Het spoornet vormt de ruggengraat met treinen die minstens om het halfuur rijden. In goed uitgekozen knooppunten sluiten bus en rail als één geheel perfect op elkaar aan. Zo kun je bijna elke verplaatsing vlot met het openbaar vervoer afleggen, met één ticket. In die landen spreekt het voor zich dat ook mensen met beperkte mobiliteit zich vlot met het openbaar vervoer kunnen verplaatsen. Dat moet hier ook kunnen. Maak alle voertuigen van De Lijn tegen 2025 toegankelijk en pas alle haltes tegen 2030 aan. Het is niet meer van deze tijd dat trams en bussen in Vlaanderen voor een grote groep reizigers vaak niet of moeizaam toegankelijk zijn. In dat kader: hebben de 60 jaar oude Antwerpse trams niet stilaan hun pensioen verdiend?

Mijn auto, mijn vrijheid?

Als we binnenkort het verlossende vaccin gekregen hebben, zullen we opnieuw op De Lijn rekenen om ons mobiliteits- en klimaatprobleem op te lossen. Mede door een dramatisch slechte ruimtelijke ordening en een versnipperd mobiliteitsbeleid rijden we veel te veel met de auto. ‘Mijn auto, mijn vrijheid’ luidde het ooit, maar dat gaat steeds minder op. En de schijnbaar onuitroeibare salaris­wagens maken het alleen maar erger. Echt hoogwaardig openbaar vervoer en fietspaden waar zelfs Nederland jaloers naar zou kijken, zodat we niet meer altijd naar die autosleutels grijpen, dat zou pas een bevrijdend cadeau zijn. Brussel doet het, waarom Vlaanderen dan niet?

Voor De Lijn zijn de reizigers de beste bondgenoten. Daarom vinden wij dat bussen en trams met soms meer dan 100 reizigers voorrang moeten krijgen op auto’s met gemiddeld 1,1 passagiers. Zo wordt die te kleine enveloppe stiekem toch wat groter, vormen trams en bussen echt het alternatief en komt er eindelijk een significante modal shift.

Wordt 2021 het jaar van de ambi­tieuze omslag? We durven het samen met de nieuwe directeur-generaal te hopen.

Stefan Stynen, voorzitter reizigersorganisatie TreinTramBus

Opinie gepubliceerd in De Standaard van 2 januari 2021

Reactie toevoegen

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met * .