Omwille van de Corona-crisis werd onlangs de VN-klimaatconferentie in Glasgow (van 9 tot 20 november 2020) uitgesteld. Iedereen toont begrip, maar het mag geen reden zijn om de klimaatambities uit te stellen. Jan Stel, ambassadeur van Grootouders voor het Klimaat reflecteert hierover in onderstaand stuk.
De coronacrisis bedreigt de mens, zoals de passagiers op het cruiseschip Zaandam waar de ziekte onlangs uitbrak. Op dezelfde manier bedreigt de klimaatnoodtoestand het ‘ruimteschip Aarde’: de mens, de menselijke activiteiten en het ecosysteem. Beide vragen om een drastische aanpak. Het gaat veel kosten om terug te gaan naar de tijd van voor de crisis. Maar willen we dat wel? Bezinning is op zijn plaats. De gigantische middelen die gebruikt gaan worden om de gevolgen van de coronacrisis aan te pakken, moeten worden ingezet binnen het kader van de duurzaamheidtransitie en de klimaatverandering. De tijd dringt.
Het is in een aantal weken een vertrouwd beeld geworden. Kinderen die niet meer naar school mogen, leraren die plotseling op afstand les moeten geven en mensen die ‘in hun kot’ moeten blijven. We zien het overal, als een reactie op de zich razendsnel over de wereld verspreidende coronapandemie. Op de website (https://coronavirus.jhu.edu/map.html ) van de Amerikaanse Johns Hopkins University in Baltimore, lees ik dat het aantal besmettingen wereldwijd bijna 1,3 miljoen is en het aantal doden tegen de 70.000 aanloopt.
Toch waren we wel degelijk gewaarschuwd door de wetenschap dat een onbekend, nieuw virus een verlammende uitwerking kon hebben. Vaak gaat het dan om een virus dat van in het wild levende dieren zoals vleermuizen, overspringen op de mens. Wetenschappers hebben hier regelmatig op gewezen. Zo waarschuwde de Wereldgezondheidsorganisatie in maart 2018 voor de mysterieuze ’Disease X’. De experten waren daar bang voor en wilden erop voorbereid zijn.
De coronacrisis raakt het dagelijks leven van ieder mens. Er is geen medicijn en geen immuniteit
In ons land krijgen we dagelijks om 11.00 uur een live overzicht van de experten. Hier pakt men het probleem efficiënt en effectief aan. De sensibilisering is uitstekend en open. Iedereen kan weten wat er aan de hand is en wat er op het spel staat. Los van een paar uitzonderingen houdt iedereen zich aan de nationaal opgelegde regels. De handhaving verloopt goed.
De Belgische aanpak vormt een schril contrast met landen zoals Engeland, Nederland en Zweden. Na een fase van ontkenning en bagatellisering kozen Engeland en Nederland uiteindelijk voor de aanpak zoals wij die kennen. In Zweden doet men dat vooralsnog niet. Aan de andere kant van de oceaan laat president Donald Trump weer eens zien hoe onbekwaam hij is. De rekening zal, evenals in het Brazilië van President Jair Messias Bolsonaro, hoog zijn. Zij pokeren met het leven van hun inwoners.
In mijn EOS-blog Zo klimaat, zo corona van 3 april 2020, vergelijk ik dit met de situatie aan boord van het luxe cruiseschip Zaandam. Op de reis van Argentinië naar Chili is er een coronacrisis ontstaan. De klimaatnoodtoestand is echter van een geheel andere orde. Die bedreigt de aarde, soms ook wel ‘ruimteschip Aarde’ genoemd. Die noodtoestand opereert op een minder snelle tijdschaal, maar is veel bedreigender. De klimaatnoodtoestand is door de menselijke activiteiten, gekoppeld aan een snelle bevolkingstoename, veroorzaakt. De gevolgen ervan betreffen zowel de mens als het ecosysteem.
De coronacrisis heeft ook gevolgen voor het milieu. Deze zijn positief. Het fileleed is opgelost, de luchtvervuiling daalt, enz. De verschillen zijn met satellieten goed te zien en op te volgen. Zo gauw de economische activiteiten in Wuhan terug opstarten, neemt de luchtvervuiling echter weer toe. Een vergelijkbaar beeld zien we ook in het zwaar getroffen Italië en Spanje. Met de strenge maatregelingen neemt de luchtvervuiling af. De bedragen die op nationaal en regionaal niveau beschikbaar worden gesteld voor het opstarten van de economie en het verminderen van de geleden economische schade, zijn duizelingwekkend.
Klimaatnoodtoestand
Een onderliggende boodschap is dat men weer terug wil naar de ‘oude’ orde van de dag. Als dat zo is, zal er wat het milieu en de klimaatverandering betreft, niets veranderen. Dat is dan weer een gemiste kans. Een vergelijkbare situatie hebben we ook gezien toen in de voormalige Sovjet-Unie, na de val van de muur.
Volgens een onderzoek dat in juni 2019 in Environment Research Letters werd gepubliceerd, verminderde de CO2-uitstoot tussen 1992 en 2011, met 7,6Gt. Dat kwam omdat Rusland armer werd, waardoor men minder rundvlees at, terwijl de landbouw en de industrie werden gereorganiseerd. Hun wereld was even veranderd. Daarna ging het al snel ‘beter’. Maar niet voor de zo noodzakelijke duurzaamheidtransitie en de klimaatverandering.
Regelmatig krijg ik UN News in mijn mailbox. Hierdoor kan ik gemakkelijk zien wat er zoal op het mondiale vlak speelt. Het spreekt vanzelf dat de coronacrisis veel aandacht krijgt. Niet geheel onverwacht las ik op 2 april de aankondiging dat de beslissende klimaattop – COP26 – die in Glasgow in Engeland zou worden gehouden, is uitgesteld. Het gebouw wordt ingericht als een noodziekenhuis.
Voor de coronacrisis was klimaatverandering letterlijk een hot topic. Dat blijkt uit de steeds maar langer wordende reeks van de ‘heetste zomers ooit’, de bosbranden in Australië en de overstromingen in Venetië. Die laatste gebeurtenis was er een met veel humor. De overstroming gebeurde terwijl het rechtse, regionale parlement plannen om maatregelen te nemen tegen de klimaatopwarming en daarmee de overstromingen, afkeurde. Al vergaderend overstroomde het gebouw en werden de gevolgen van de klimaatverandering op een heel bijzondere wijze, op de agenda geplaatst.
De klimaatnoodtoestand raakt iedereen, elke menselijke activiteit en het ecosysteem van het ‘ruimteschip Aarde’
De algemene bezorgdheid blijkt vooral uit de mensen, die hiervoor massaal de straat op gaan om de aandacht van de politici en bestuurders op te eisen. Miljoenen jongeren, grootouders en anderen laten vaak tijdens demonstraties over de hele wereld, van zich horen. Ook in de coronacrisis is dat niet veranderd. Wat zij vragen is eigenlijk heel eenvoudig: doe wat je hebt afgesproken en beloofd.
Die belofte werd nu bijna vijf jaar geleden, in Parijs gedaan. Dat gebeurde tijdens de COP 21, waarbij afspraken werden gemaakt en ondertekend door 196 landen en de Europese Unie. Daarna begon het ratificatieproces. De overeenkomst is op 4 november 2016 van kracht geworden. Het is een ambitieus, bindend en billijk, mondiaal klimaatakkoord.
De kernafspraak van de overeenkomst is om de opwarming van de aarde door menselijke activiteiten, tegen het einde van deze eeuw, ruim onder een stijging van 2°C te houden. Dit op basis van de aanbevelingen van het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC). Bovendien zullen er inspanningen worden gedaan om de temperatuurstijging te beperken tot 1,5°C.
Alle landen zijn verplicht om nationale bepaalde bijdragen (NDCs) op te stellen. Zo kan men de voortgang bewaken en bijstellen. In België gaat dit proces moeizaam, omdat de inspanningen van Vlaanderen ondermaats zijn. Bovendien vertrouwt men daar te veel op de nog te ontwikkelen nieuwe technologie. De NDCs zullen om de vijf jaar worden geactualiseerd. Dat gebeurt voor het eerst in 2020, op de nu uitgestelde COP26.
Voortschrijdend inzicht
Een eerste analyse van de meeste NDCs liet al snel zien dat de toezeggingen onvoldoende zijn om de afgesproken doelen te halen. Momenteel dreigt een opwarming van de aarde van 3,2oC. Op 26 november 2019 publiceerde het VN-Milieuprogramma (UNEP) het Emissions Gap Report 2019. Sinds 2009 worden in deze rapporten de meest actuele gegevens gepresenteerd over de kloof tussen de daadwerkelijke uitstoot en de doelstelling van 1,5°C en 2°C. De cijfers liegen er niet om. Om de afspraken na te komen moeten volgens UNEP, de landen hun nationaal vastgelegde bijdragen verdriedubbelen om de doelstelling van 2°C te behalen en zelfs vervijfvoudigen om de doelstelling van 1,5°C te halen.
Dat betekent dat in 2030 onze broeikasgasuitstoot 25% respectievelijk 55% lager dan die van 2018 moet zijn om de doelstelling van 2˚C en 1.5°C te halen. Als gevolg hiervan moeten we onze broeikasgasuitstoot tot in 2030, jaarlijks met minstens 7,6% verminderen. Dat is nodig om de wereld de kans te geven om aan het einde van de eeuw de afgesproken doelen te halen.
Aan de andere kant constateert men dat de jaarlijkse uitstoot sinds Parijs alleen maar toeneemt. Hierdoor is de mondiale temperatuur nu al met 1,1oC gestegen ten opzichte van voor de Britse industriële revolutie. In 2018 bedroeg die uitstoot, inclusief het effect van het landgebruik en ontbossing, maar liefst 55 Gt CO2-equivalenten. Sinds Parijs is de mondiale CO2-uitstoot met 4% gestegen tot een nieuw record van bijna 37 miljard ton in 2019. Door de coronacrisis zal 2020 een anomalie zijn, of – hopelijk – een begin van een structurele daling.
Onze broeikasgasuitstoot tot in 2030, moet nu jaarlijks met minstens 7,6% verminderen. Tien jaar eerder zou dat maar 3,3% zijn geweest
Had de politiek tien jaar geleden, bij het verschijnen van het eerste Emissions Gap Report, al maatregelen genomen dan zou de jaarlijkse emissiereductie 3,3% zijn geweest. Dat was in de tijd van de klimaatconferentie in Kopenhagen. Duidelijk is dat hoe langer we wachten hoe moeilijker en duurder het wordt. Ook hier is vaak door de wetenschap gewaarschuwd, zoals in het bekende Stern rapport ui 2006. Zo zal er als we maar blijven uitstellen, in 2025 een emissiereductie nodig zijn van 15,5% om de doelstelling van 1,5oC tegen het einde van de eeuw, te realiseren.
Ondertussen gaat het proces gewoon door, en neemt de dreiging van zeespiegelstijging, droogte en overstromingen toe. En dat in een België dat niet, zoals de noorderburen, zijn dijken verhoogt. Het hoeft geen betoog dat juist Vlaanderen hierdoor zeer kwetsbaar is. Toch is een CO2-belasting in Vlaanderen voorlopig van de baan.
De wetenschap is duidelijk, de politiek niet
Uit een reeks van rapporten (waaronder de drie IPCC Special Reporten in 2018 en 2019 en het nieuwe Stern Report uit 2018) en duizenden wetenschappelijke publicaties blijkt de ernst van de situatie. Ook blijkt dat 1,5oC een kantelpunt is, waarna elke verdere opwarming grote gevolgen zal hebben.
We zien dat deze uitdagingen steeds meer een rol spelen op bijvoorbeeld, de jaarlijkse bijeenkomsten van het Wereld Economisch Forum. We zien dat een snelgroeiend aantal bedrijven en financiële instellingen zoals de Wereldbank en de Europese Investeringsbank, de uitdagingen oppikken en met innovatieve oplossingen komen.
Het is niet juist dat de politiek niets zou doen. Zo is zowel het beleid als de ambitie van de Europese Unie een voorbeeld. Het Europese plan voor een Green Deal met een reductie tussen de 50 en 55% in 2030 en een klimaat neutrale situatie in 2050, is een stap in de goede richting. Dit alles zal gebeuren binnen een transitie naar een kringloopeconomie. Het Europees Parlement kondigde overigens op 28 november 2019, de noodtoestand op het gebied van klimaat en milieu af.
António Guterres: COP26 cruciaal
De klimaattop van het vorige jaar is op het allerlaatste moment verplaatst van het door sociale onrust geteisterde Chili, naar Madrid. Beide landen zaten deze COP voor. Er stonden belangrijke zaken op de agenda. Er is lang vergaderd. Maar er kwam weinig uit.
Wel speelde de oceaan een belangrijke rol in de discussie. Men realiseert zich dat de rol ervan in het klimaatsysteem uiterst belangrijk is. Dat vind ik, gezien mijn achtergrond, wel prettig en verstandig. Ik hoop dan ook dat binnen de roep om meer sensibilisering en meer aandacht voor het klimaat in het onderwijs, de cruciale rol van de oceaan niet wordt vergeten.
Als we de opwarming tot 1,5oC willen bepreken staan we nu voor een enorme uitdaging. Dan zullen er op de COP26 wel afspraken moeten worden gemaakt. Dan moet er in de komende tien jaar een reductie van tenminste 45% van de CO2-uitstoot worden gerealiseerd. Ook zal de uitstoot in 2050 klimaatneutraal moeten zijn. Wat dat betreft is de Europese Green Deal hoopgevend. Even belangrijk is dat een en ander eerlijk gebeurt. En daarvoor is volgens Guterres, solidariteit nodig.
DE VN-baas zegt op 9 maart dat er vier prioriteiten zijn:
- De nieuwe NDC’s moeten meer ambitie laten zien om de afspraken van Parijs na te komen.
- Alle landen moeten zich verplichten tot een nul-uitstoot in 2050 en met de noodzakelijke plannen komen.
- Er moeten initiatieven komen om (arme) landen te helpen bij hun aanpassing aan de klimaatverandering.
- De ontwikkelde landen moeten hun belofte nakomen om een fonds te financieren waarin jaarlijks US$ 100 miljard beschikbaar is
Welke wereld willen wij?
Even terug naar de coronacrisis. Er worden wereldwijd tientallen tot duizenden miljarden euro’s en dollars beschikbaar gesteld voor het bestrijden van de economische schade van het coronavirus. Zo maakt president Trump 2000 miljard doller vrij. Dat is tweemaal de hoeveelheid die in de komende tien jaar nodig zou zijn voor de klimaatnoodtoestand.
Op zich is het een goede zaak dat men met een Marshallplan komt om de gevolgen van de coronacrisis op te vangen. De snelheid waarmee deze crisis zich ontwikkelt is zonder meer duidelijk. Iedereen ziet en ervaart dagelijks de gevolgen ervan. Dat onze overheid alles in het werk stelt om de crisis te bezweren, verdient lof.
Kader de besteding van de miljarden voor de bestrijding van de gevolgen van de coronacrisis binnen de duurzaamheidstransitie en de klimaatnoodtoestand
De coronacrisis is ook een moment van bezinning. Een moment waarin me we worden geconfronteerd met de prijs die we dagelijks betalen voor onze welvaart en ons leven in een doorgeschoten consumptiemaatschappij. We worden geconfronteerd met kwetsbare bevoorradingsketens en ecologisch wanbeheer in de geglobaliseerde, westerse, neoliberale wereld.
De klimaatnoodtoestand beweegt zich (nog) op een iets langzamere tijdschaal. Maar we zijn al decennialang door de wetenschappers en het IPCC gewaarschuwd. Daar is te weinig meegedaan. Nu hebben we nog maar tien jaar om er wel iets aan te doen. Daarna vergaat de wereld niet. We komen in een wereld die we niet kennen en waar we niet klaar voor zijn. De gevolgen zijn gigantisch.
Greta Thunberg waarschuwt: ‘Ons huis staat in brand’. In de discussies over het coronacrisis hoor ik rechtse politici hetzelfde zeggen. Stoer beweren ze dan dat het “alle hens aan dek” is en dat je de brand moet blussen. Maar dat geluid hoor ik niet als het over de klimaatnoodtoestand gaat, die vele malen bedreigender is. Hoe bedreigend de coronacrisis ook voor de mens is, de klimaatnoodtoestand bedreigt zowel de mens, de menselijke activiteiten en de ecologie. Onze wereld, niet de planeet waarop we leven, zal drastisch veranderen en wij zijn zeker niet de enige slachtoffers.
Er wordt veel gesteggeld over de vraag of er wel geld is om de gevolgen van de door ons gecreëerde klimaatverandering aan te pakken. Dat is discussiëren over de rekening terwijl de Titanic zinkt. Toch is de duurzaamheidstransitie in een wereld waarin er dagelijks zo’n 215.000 mensen bijkomen, dringend nodig. Het ligt daarom voor de hand om de enorme bedragen die nu worden vrijgemaakt om de gevolgen van de coronacrisis te bestrijden slim te gebruiken. En wel zo dat ze bijdragen aan deze transitie, aan een kringloopeconomie en aan het verminderen van de klimaatnoodtoestand.
De tot juni 2021 uitgestelde COP26 biedt hiervoor alle kansen. Als grootouders zullen we samen met de jeugd, van onze regering eisen dat men ‘uit zijn kot komt’ en besluiten neemt.
Links naar EOS-blogs over dit onderwerp :
Reactie toevoegen