EPO, 2024, 181 p.
Anuna De Wever werd bekend als initiatiefneemster van de scholierenactie “Spijbelen voor het klimaat” en de jongerenklimaatmarsen in 2019 en als woordvoerster van “Youth for Climate”. Daarmee volgde ze samen met Kyra Gantois en de Waalse Adelaïde Charlier het voorbeeld van de internationale bewegingen “School Strikes 4 Climate” en “Fridays for Future”, in gang gezet door de Zweedse activiste Greta Thunberg.
Van haar verscheen vroeger al het boekje “Wij zijn het klimaat” (samen met Kyra Gantois). En al in 2019 richtte ze samen met Adelaïde Charlier een “Panel voor Klimaat en Duurzaamheid” op, met de inbreng van o.m. toenmalig Vlaams bouwmeester Leo Van Broeck en klimaatonderzoeker Jean-Pascal Van Ypersele. Dit panel tekende een klimaatplan uit voor België. Met als veelzeggende ondertitel : “Om klimaatverandering en de ecosysteemcrisis echt aan te pakken is systeemverandering noodzakelijk en urgent”. Ook Greta Thunberg ging in haar ‘Klimaatboek’ (2022) veel ruimer en betrok bijv. ongelijkheid en neolokolialisme als grondoorzaken van de klimaarcrisis.
Klimaatcrisis = systeemcrisis
Het idee dat de crisis van ons klimaat enkel kan begrepen worden als onderdeel van een veel ruimere economische en maatschappelijke systeemcrisis heeft er bij Anuna De Wever dus altijd al ingezeten. Maar in haar nieuwe boek ‘Laten we eerlijk zijn’ legt ze hier nog sterker de nadruk op.
Ze schrijft in dit boek zelf haar eigen ‘coming of age’ verhaal waarin ze van naïeve klimaatactiviste doorgroeit tot een veel ruimer engagement. “Ik dacht dat je met klimaatbeleid de klimaatcrisis kon oplossen” getuigt ze. Bijvoorbeeld door het laten stemmen van een klimaatwet. Maar intussen is ze tot het besef gekomen dat binnen ons huidige politieke en economische systeem helemaal geen ambitieus klimaatbeleid mogelijk is. De klimaat-problemen zijn zelfs een voorwaarde voor het in stand houden van het systeem. De klimaatcrisis gaat eigenlijk niet over klimaat, maar over veel meer.
“Het gaat over een economisch systeem dat uitbuit. Het gaat over racistische en patriarchale ideologieën. Het gaat over geopolitieke structuren die ongelijkheid in stand houden. Het gaat over imperialisme, over kolonialisme. Het gaat over de fysieke muren die gebouwd worden rond Europa “.
De grote vervuilers moeten betalen
De meest prangende vraag van onze tijd is hoe we de klimaatcrisis kunnen indammen en tegelijkertijd de kloof van ongelijkheid kunnen dichten.
Anuna De Wever is zich bewust van de framing die zeker na de corona- en energiecrisis steeds meer gehanteerd wordt : men laat uitschijnen dat de klimaatactivisten de factuur willen doorschuiven naar de gewone mensen. Terwijl die miljardenfactuur natuurlijk enkel bij mensen terechtkomt als de politiek die in hun richting duwt. Mensen zijn terecht in de eerste plaats bekommerd over hun bestaanszekerheid. In die zin is het begrijpelijk dat ze meer schrik hebben van de sociale gevolgen van klimaatbeleid, dan van de klimaatproblemen zelf.
Vandaar dat het van belang is dat degenen die het meest verantwoordelijk zijn, de grote bedrijven, moeten betalen (zij hebben ook het meeste geld). Niemand staat te springen voor het idee dat individuen de klimaatcrisis moeten financieren, wanneer grote bedrijven zoals Shell en BP met miljarden euro’s winst gaan lopen. De 15 miljard aan Belgische overheidssubsidies aan fossiele bedrijven moet dringend afgebouwd worden.
Intersectioneel
Het boek begint met de beschrijving van “haar eerste opstand” ter verdediging van haar genderbinariteit. Ze beschrijft verder haar persoonlijk proces van ‘growing up in public’. Waarbij de focus van publiek en media ook verschoof van haar klimaatacties, naar haar als persoon. Terwijl ze zelf de link gaat leggen tussen de klimaatcrisis en “een systeem waarin rijke witte cisgender mannen de dienst uitmaken”, wordt ze mee in de cultuuroorlog getrokken en op momenten ook fysiek belaagd. “Want voor rechts is het makkelijker een cultuuroorlog te voeren dan het te moeten hebben over oplossingen voor de vele problemen in de maatschappij”. Anuna De Wever weet dat ze is opgegroeid met “een witte en eurocentrische middenklasseblik”. Ze pleit nu met overtuiging voor “intersectioneel denken over klimaat, voorbij de fossiele brandstoffen en groene transitie” . De ongelijkheid in het Noorden en tussen Noord en Zuid, migratie, racisme, seksisme en klimaatverandering zijn onderling diep verweven. Daarbij neemt ze geen blad voor de mond. “Het nutteloos blijven doordrammen over zonnepanelen en de hinder van één of andere luchthaven tijdens een genocide die dagelijks gelivestreamd wordt, is gewoon enorm eurocentrisch, gepriviligeerd en ook ontmenselijkend.”
Koolstof kolonialisme
In haar boek besteedt ze veel aandacht aan oude en nieuwe vormen van kolonialisme. Het kolonialisme maakte de explosieve groei van het kapitalisme in Europa mogelijk en ligt mee aan de basis van de klimaatcrisis en van de schrijnende ongelijkheid tussen Noord en Zuid. De kolonisatie van India leverde het VK maar liefst 45 biljoen dollar op. Ook België werd rijk door de uitbuiting van Congo. “Als België zijn historische schuld aan Congo zou moeten afbetalen, dan was het meteen failliet”.
En nu wordt een “herkoloniseringsproces” verkocht als klimaatbeleid. De grondstoffen voor de groene transitie komen uit het Globale Zuiden (mijnen in Marokko – koper uit Zambia – lithium uit Chili en Argentinië – nikkel uit Indonesië en de Filippijnen). Zo moet een groene groei aangetrokken worden. Maar Anuna De Wever is er zeker van dat we er niet zullen komen met groene groei. “Groene groei is een hoax. Het is de laatste poging van het systeem om verder te doen alsof er niets aan hand is“. En voor haar is ‘groei’ nog een te vriendelijk woord, het gaat in feite over brutale kapitalistische expansie.
Het is dus dringend nodig om onze gedachten te dekoloniseren. Het Globale Noorden is verantwoordelijk voor 92% van de uitstoot wereldwijd. Als je ook rekening houdt met de geïmporteerde emissies, dan staat België wereldwijd op de negende plaats qua uitstoot per inwoner. De strijd voor het klimaat is dus vooral ook een strijd voor internationale rechtvaardigheid en een aanklacht van de wereldwijde ongelijkheid. Voor Anuna De Wever is het cynisch dat de MAPA (“most affected people and areas”) het gelag betalen van de klimaatcrisis, waar ze zelf nauwelijks aan bijdragen.
De klimaatcrisis zal ook leiden tot een gigantische golf van migratie. Wereldwijd zal één op de acht mensen moeten vluchten. “Intussen is ons continent omringd door twaalf Berlijnse muren “.
Politiek zal het niet oplossen
Anuna De Wever ziet nu in dat “onze politici niet onze belangen verdedigen, dat ze dat door de structuren waarin ze meedraaien zelfs niet kunnen, mochten ze willen”. Het zijn nu vooral de rijken en machtigen die de politiek dicteren in plaats van bijv. de wetenschappers. De economie bepaalt wat politiek beslist wordt. In feite leven we niet meer in een democratie. Niet het algemeen belang, maar de “survival of the richest” staat centraal. “Wie rijk is wordt rijker, wie arm is wordt armer. De vrijheid van de 1% verwoest de vrijheid van de 99% “.
Dé ongemakkelijke waarheid is dat de klimaatpolitiek faalt over de hele lijn. Zelfs de meest ambitieuze landen zijn nu onderweg om pas over 200 jaar klimaatneutraal te worden . De COP, ooit het instrument om de klimaatcrisis te bestrijden, is (in Dubai en Bakoe) verworden tot een ordinaire fossiele handelsbeurs.
De trekkers van Youth for Climate, Anuna De Wever en Adelaïde Charlier liepen stage bij de groene fractie in het Europees Parlement, Anuna De Wever werkte nadien ook nog bij Climate Action Network Europe. Maar ook bij de Groenen vond Anuna De Wever haar gading niet. Haar oordeel is streng : “Groen voelde elitair aan – voor, tijdens en na de verkiezingen. De groene partijen zijn er niet in geslaagd het narratief van klimaatrechtvaardigheid prioriteit te geven”.
Ze heeft het er ook moeilijk mee dat politici zich uitsloven om een positief, hoopvol verhaal te brengen. Daardoor dekken ze al te makkelijk de wandaden van het systeem toe. Als voorbeeld geeft ze Frans Timmermans, de klimaatcommissaris binnen de EU die op een bepaald moment zei dat klimaatwanhoop nog een grotere bedreiging vormde dan klimaat-ontkenning. Op die manier doet hij gemaakt positief over een beleid dat ons in feite niet verder helpt.
En met de nieuwe Europese keuzes om meer in te zetten op defensie dan op klimaat, is het hek helemaal van de dam. De NAVO landen en hun bondgenoten zijn goed voor driekwart van alle militaire uitgaven in de wereld. En toch moeten nu alle extra investeringen zelfs van de EIB (tot voor kort nog getipt als de Klimaatbank) naar wapens gaan, en dat ten koste van klimaat.
Radicaal eerlijk
Anuna De Wever beschrijft doorheen haar boek hoe ze geradicaliseerd is. Ze ziet dit overigens niet als ‘radicaliseren’, maar juist als volwassen worden. Radicaliteit en eerlijkheid zijn bijna synoniemen geworden. Als men zegt dat iets te radicaal is, wil dat eigenlijk zeggen dat men vindt dat het te eerlijk is. Maar ze stuit daarbij ook op veel onbegrip. De reactie van een politieagent die haar oppakt bij een Palestina-actie, zegt alles : ‘ik dacht dat jullie klimaat-activisten waren” …
Ze gelooft dan ook niet meer in een systeemverandering van binnenuit. Er is wel degelijk nood aan een revolutie. Het is ook een illusie te denken dat we enkel met vreedzaam protesteren een einde kunnen maken aan het enorme onrecht in de wereld. ‘Ik geloof niet meer in vreedzaam protest, ik kies voor revolutie’ zegt ze in een interview in Gazet van Antwerpen.
Anuna De Wever is nu actief bij HOTM (Headquarters on the Movement, een coalitie van grassroots organisaties en activistengroepen, met bijv. acties tegen wapenleveringen en de genocide in Gaza.
Haar Waalse tegenhanger Adelaïde Charlier werd dan weer actief bij Code Rood, een netwerk van klimaatactivisten.
Het geeft te denken dat de trekkers van de jongerenm arsen voor klimaat van enkele jaren terug, geen thuis vinden in de huidige politiek en enkel geloven in meer radicale actie.
Anuna De Wever is hierin snel erg ver gegaan. Met het risico dat velen haar niet meer kunnen bijhouden. Ook dat beseft ze zelf.
“Door onszelf superieur op te stellen als de meest ‘rechtvaardige’ en ‘correcte’ van de hoop, zetten we ook veel mensen onder ons, in plaats van naast ons in een collectief leerproces” schrijft ze.
Dat blijft de uitdaging : de juiste analyse maken van de achtergond van de hele klimaatcrisis, maar dan ook zoveel mogelijk mensen mee krijgen in die analyse en in de actie die zich opdringt.
Afbeelding: bioekomslag
Auteur: Johan Malcorps; de bespreking verscheen eerder in Oikos
Reactie toevoegen