RIK PINXTEN over roofkapitalisme en ongelijkheid – DS 18.10.19

Onderstaand opiniestuk van GvK-ambassadeur Rik Pinxten verscheen op 18 oktober 2019 in De Standaard. Met toestemming van de auteur delen wij zijn opinie met onze Grootouders.

RIK PINXTEN

Wie? Antropoloog, professor emeritus (UGent), auteur van ‘Kuifje wordt volwassen. Over de dekolonisering van de geest’ (EPO).

Wat? Roofkapitalisme heeft de ongelijkheid tot een natuurrecht verheven.

De Amerikaanse president Donald Trump schreef op 9 oktober een brief aan president Recep Tayyip Erdogan van Turkije. Die brief leest als een vermaning door iemand die zich voordoet als een persoonlijke vriend, maar ook als een man die zich almachtig meent – of misschien eerder machteloos – en daarom bluffend als een verweesde ex-machthebber. Het effect is al te zien: Turkije gaat voort met de bezetting van noordelijk Syrië en het verdrijven van de Koerden, voormalige vrienden van de briefschrijver. Ruslands niet-democratische leider heeft ondertussen de luxe om de ene of de andere partij te steunen. En Europa en het Westen kijken bevreesd uit naar een nieuwe golf van vluchtelingen uit het Midden-Oosten, waarin de vrijkomende IS-strijders vermoedelijk meereizen. Dit is een implosie zoals je die zelden meemaakt.

Ingeslapen regeringen

Tegelijk worden de verontruste klimaatjongeren en hun activistische kern in Extinction Rebellion door de wat ingeslapen regeringen van het Westen nog steeds weggezet als ‘geradicaliseerden die beter terug zouden gaan studeren’. Want de regeringen erkennen nog steeds niet de rampzalige gevolgen van het roofkapitalisme dat de ongelijkheid tot een natuurrecht heeft verheven waarbij de armen ‘het aan hun eigen keuze te wijten hebben dat ze arm zijn’ (zie de nieuwe studie van Thomas Piketty). Net zoals ze evenmin de parallel lopende gevolgen op geopolitiek vlak herkennen in de moordpartijen in en rond de oliestaten. Als in zo’n fase van ontwrichting de leider van het machtigste land uit het Westen op een merkwaardig onprofessionele manier de wereld schijnt te willen besturen alsof het zijn eigen keuken betreft, dan is ongerustheid zeker gewettigd. Maar laten we niet in angstreacties vervallen.

Eerst en vooral drongen herschikkingen op het wereldtoneel zich al op bij de eerste tekenen van machtsverlies. Henry Kissinger, de voormalige Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken, schreef in 1994 in zijn handboek voor buitenlands beleid ­Diplomacy dat het einde van de westerse controle over de wereld duidelijk zichtbaar was en dat herschikkingen (hij sprak van coalitieblokken) qua macht noodzakelijk waren. Let wel, Kissinger is een conservatief denker, geen linkse rakker.

In de neoliberale jaren die we sindsdien kenden, is de afhankelijkheid van petroleum en van goedkope arbeid steeds toegenomen, in de wereld en in westerse landen. Zoals opnieuw Piketty maar ook Naomi Klein mooi tonen, leidde dit ook tot een scherpere identitaire politiek: niet alleen de cultureel anderen zoals migranten en vluchtelingen, maar ook de eigen ‘cultuurmarxisten’ die de culturele identiteitswaan aanklaagden, werden steeds meer als anders, gevaarlijk, of disloyaal gezien. Zonder twijfel word ook ik in die hoek geplaatst doordat ik de wetenschappelijke ongefundeerdheid van die identitaire kramp al jarenlang aanklaag. Wetenschap is immers een belangrijke factor in de weg naar een redelijk bestuur, zij het niet de enige. Het systematisch negeren of verdacht maken ervan is steeds een kwalijke ontwikkeling.

Catastrofe vermijden

Ik stel voor dat we de huidige merkwaardige ontwikkelingen zien als een verdere schakel in een geheel. Door dit verstandig aan te pakken, kunnen we dan hopelijk een echte catastrofe vermijden, in plaats van vernedering en geweld verder te laten regeren. Het geheel is datgene waarover de klimaatactivisten het hebben: de mondiale dreiging van een echte klimaatomslag met armoede, massale migraties en hongersnoden, overstromingen van grotere en dichtbevolkte gebieden en gebrek aan water van miljoenensteden. Alle vermelde kreten (van zittende presidenten tot protesterende bevolkingsgroepen) zijn vermoedelijk slechts oprispingen van dit probleem. Maar we hebben als mensheid een kans om hier uit te raken, meen ik samen met andere wetenschappers. We moeten stoppen met de ongelimiteerde roof en onderdrukking, en leren om wat bescheidener en samen te zoeken naar gedeelde, gemeenschappelijk gedragen actieplatformen die rechtvaardige herverdeling en solidariteit als belangrijk kenmerk hebben, in plaats van de oeverloze privérechten van enkelen ten koste van allen en van de aarde. Dat impliceert het beperken (of verbieden?) van het roofkapitalisme, van de ongelimiteerde ­eigendoms­claims van enkelen op grondstoffen, mensen, lucht en tijd van alle anderen.

Dat kan wanneer we ook de aarde en de medemens als gelijkwaardige partners leren zien en behandelen, en niet als objecten die we met brute macht kunnen dwingen om ons voorrecht te eerbiedigen. Dat heet ‘dekoloniseren’, want zonder die mentaliteitsverandering zullen we in dezelfde houding terugvallen die ons even een paar eeuwen de wereld liet overheersen, om dan uiteindelijk een woestenij tegemoet te zien. We kunnen de omslag maken, maar dat vergt ook dat we bescheiden in eigen boezem kijken en luisteren naar die verontruste medeburgers die de rooftochten aanklagen.

We moeten de aarde en de medemens als gelijkwaardige partners leren zien en behandelen, en niet als objecten die we met brute macht kunnen dwingen om ons voorrecht te eerbiedigen.”

Eén antwoord

Reactie toevoegen

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met * .