bodem-2 AA

We verkwanselen het kapitaal van onze bodems in ijltempo

Overgenomen artikel van De Standaard maandag 8 februari, geschreven door Ine Renson

We zijn koploper in verharding en hebben een intensieve landbouw die de bodem langzaam uitput. Internationale experts hekelen in een nieuw rapport de nonchalance waarmee Vlaanderen omgaat met zijn bodemrijkdom. Eten halen we uit de supermarkt en we leven in een verstedelijkte omgeving. We zien niet wat er zich in de bodem onder onze voeten afspeelt, dus zijn we ons niet bewust van het belang ervan. Toch is een gezonde bodem essentieel voor ons overleven. ‘Als de bodem kapotgaat, komt de voedselproductie in het gedrang’, zegt Richard Bardgett, bodemecoloog aan de universiteit van Manchester. ‘Onze bodem regelt de waterhuishouding, is een immens koolstofreservoir, herbergt een kwart van alle diersoorten en is de basis voor alle leven.’

Bardgett werd samen met de Nederlandse bodembioloog Joke van Wensem, die ervaring heeft als adviseur voor het Nederlandse bodembeleid, door de Koninklijke Vlaamse Academie voor Wetenschappen en Kunsten (KVAB) naar Vlaanderen gehaald om ons natuurlijke bodemkapitaal te onderzoeken. De twee wetenschappers spraken met tientallen experts van alle betrokken onderzoeksinstellingen, overheidsdepartementen, belangengroepen en kabinetten. Hun bevindingen bundelden ze in een rapport dat vandaag wordt voorgesteld.

Hotspot voor verharding

Dat rapport zet ons met beide voeten op de grond. Bodemvorming is een complex proces dat duizenden jaren in beslag neemt, maar dat kapitaal zijn we in ijltempo aan het verkwanselen. Een derde van de bodems wereldwijd is in slechte staat, wat leidt tot een ecologische en economische ramp. In ons dichtbevolkte land is dat niet anders.‘Vlaanderen moet radicale keuzes maken. Voor elk gebouw dat er bijkomt, zou een ander moeten worden gesloopt’zegt Joke van Wensem, bodembioloog

De onderzoekers winden er geen doekjes om: Vlaanderen is een hotspot voor verharding. Het ontstellende tempo waarin open ruimte wordt ingenomen – 6 hectare per dag, waarvan de helft verhard – vormt een grote bedreiging voor ons bodemkapitaal. ‘Verharding maakt een abrupt einde aan de ecosysteemdiensten die een bodem levert’, vertelt Bardgett. ‘Dat is problematisch voor de waterhuishouding en verhoogt het hitte-eilandeffect.’

De andere boosdoener is de intensieve landbouw, die het grootste deel van ons landoppervlak inneemt en de bodem langzaam leegzuigt. Dat leidt tot erosie in grote delen van Vlaanderen en tast op termijn de oogsten aan. Vooral het systeem waarbij boeren voor een korte termijn land leasen, is problematisch, stelt Joke van Wensem:‘Ze leasen telkens andere grond om op contract te werken voor de agro-industrie. Dat stimuleert de uitputting van de bodem. Je hebt er weinig belang bij zorg te dragen voor de bodem als je er zelf de vruchten niet van plukt.’

Die problemen worden op scherp gezet door de klimaatverandering. ‘We komen op het breekpunt waarop de erosie, afspoeling en uitdroging versnelt’, waarschuwt Bardgett. ‘En het werkt ook omgekeerd: een gezonde bodem is essentieel om ons te wapenen tegen de gevolgen van extremer weer. Bovendien is de enorme capaciteit van bodems om koolstof te stockeren, essentieel om de temperatuurstijging onder de 2 graden te houden.’

Die urgentie dwingt ons in actie te komen. Maar dat gebeurt niet, stellen de auteurs vast. Sterker, in Vlaanderen is er zelfs geen systeem om de evolutie van de bodemgezondheid te monitoren. We varen blind, en zijn daardoor niet voorbereid op wat komt.

Die nonchalance uit zich ook in het feit dat er geen instelling is die zich specifiek over de bodemkwaliteit ontfermt, laat staan dat er een wetgevend kader voor bestaat. Het thema wordt behandeld door een achttal departementen en instellingen. Door dat gebrek aan coördinatie komt Vlaanderen zijn internationale engagementen niet na, met name deze die voortvloeien uit het klimaatakkoord van Parijs en de Europese Green Deal. Er zijn wel initiatieven en ‘best practices’, schrijven de auteurs, maar het is allemaal te vrijblijvend.

Drastische bouwstop

De experts, die met buitenlandse ogen naar Vlaanderen kijken, vinden het evident dat we werk maken van een drastische bouwstop. ‘De Vlaamse overheid heeft de ambitie de inname van open ruimte te stoppen tegen 2040. Maar met de huidige beleidsplannen zal dat nooit lukken’, stelt zowel Bardgett als Van Wensem. Ze maken brandhout van de hele planschaderegeling die nu voorligt, waarbij de Vlaamse overheid de factuur doorschuift naar de gemeenten die daar financieel niet tegen opgewassen zijn. ‘Vlaanderen moet die schaderegeling helpen betalen’, zegt Van Wensem. ‘En het moet radicale keuzes maken. Voor elk gebouw dat er bijkomt, zou een ander moeten worden gesloopt. Zet in op compacter bouwen, en op ontharden in het buitengebied. In Nederland is dat besef doorgedrongen, maar bij jullie zie ik geen plan in die richting.’

Ook landbouwers kunnen niet zomaar doen op hun bodem wat ze willen. ‘Ik wil de boeren niet met de vinger wijzen’, stelt Bardgett. ‘Zij zitten klem in een systeem met contracten tegen wurgprijzen, waarbij ze zo veel mogelijk uit die grond proberen te halen. Daarom moeten de prikkels anders. Beloon hen voor ecosysteemdiensten. Geef subsidies voor gewassen die dieper wortelen, of wanneer ze meer organische stof opslaan in de bodem. Werk met leasecontracten op langere termijn, zodat boeren zelf de voordelen zien van een gezondere bodem. Die tanker keren lukt alleen met kleine stapjes. Daar moet de overheid op toezien, want de boeren zullen zelf niet zomaar het roer omgooien.’

Die overheid schiet te kort, vinden de experts. ‘Een rapport dat de uitdaging scherp zet, blijft roepen in de woestijn als er geen actie volgt’, beseft Van Wensem. ‘Het bestuur moet hiermee aan de slag. Dat komt neer op politieke lef. We spreken over gevoelige thema’s: anders bouwen, anders boeren. Dat zal niet vanzelf gebeuren. Je zult moeten stimuleren én verplichten waar het moet. Er staat gewoon te veel op het spel.’

Het rapport ‘Soil as natural capital’ werd op maandag 8 feburari 2021 om 17 uur voorgesteld op een online symposium van de KVAB waar ook de ministers van Landbouw Hilde Crevits (CD&V) en van Leefmilieu Zuhal Demir (N-VA) reageerden hierop.

Reactie toevoegen

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met * .