Bekijk deze nieuwsbrief in uw browser
Sinds de snelle toename van klimaatprotesten in 2018 proberen overheden wereldwijd steeds vaker via de wet de protesten te beperken en te criminaliseren. Een wetenschappelijk onderzoek stelde vast dat deze tendens zich zowel in het Noorden als in het Zuiden voordoet, ongeacht of het democratische of in niet-democratische landen zijn. Er blijken vier manieren te zijn om klimaatprotesten in te dijken: antiprotestwetten, protest criminaliseren, strengere ordehandhaving en moorden en verdwijningen. Meer over deze analyse van het toenemend klimaatprotest
Een mooi maar tegelijk verontrustend voorbeeld van die mondiale trend vinden we in het Verenigd Koninkrijk. Het gerechtelijk apparaat treedt er ongemeen hard op tegen actievoerders die de fossiele industrie bestrijden. In de gevangenis zitten momenteel activisten die in het gewone leven zorgmedewerkers, leraren, studenten, grootouders en nu ook artsen zijn. Recent werd Dr. Patrick Hart veroordeeld tot 1 jaar gevangenisstraf voor het onklaar maken van enkele benzinepompen. In zijn slotverklaring zei hij: “Ik heb nergens spijt van. Want als ik het niet had gedaan, had ik de zorg opgegeven en dat zou nog erger zijn. In het licht van de permanente ineenstorting van ons klimaat, onze economie, onze samenleving en het leven op aarde, is het enige wat me op de been houdt ons vermogen om als mensen te blijven zorgen, wat er ook gebeurt. Ja, ik ben bang voor de gevangenis, maar ik ben bereid om te gaan als het moet.”
In zekere zin kunnen we als klimaatbeweging moed putten uit deze trend: onze acties verontrusten de politieke en economische elites dermate dat ze hun toevlucht nemen tot buitengewone maatregelen. Als deze trend zich doorzet, wordt het anderzijds wel steeds moeilijker om op te komen voor klimaatrechtvaardigheid en staat de klimaatbeweging voor uitdagingen waarop ze slechts via een gezamenlijke strategie effectief kan reageren.